Op zoek naar een interessante tips en inspirerende verhalen? In onze blogs vind je alles wat je nodig hebt om je persoonlijke ontwikkeling te stimuleren en je kennis te vergroten.
Leren reanimeren is één ding. Maar anderen leren hoe je levens redt? Dat is weer een heel ander verhaal. Toch zijn er verrassend veel mensen die deze stap overwegen. Logisch ook, want reanimatie instructeur worden is niet alleen zinvol, het is ook een rol die je echt voldoening geeft. Maar de grote vraag is dan natuurlijk, is zo’n cursus iets voor jou? In veel gevallen wel. Al zijn er natuurlijk wat dingen waar je even op moet letten voordat je zomaar voor de groep gaat staan.
In een noodsituatie telt elke seconde. Basic Life Support (BLS), ook wel bekend als basisreanimatie BLS instructeur, kan het verschil maken tussen leven en dood. Steeds meer mensen willen leren reanimeren en daar zijn goede instructeurs voor nodig. Maar wat doet een BLS-instructeur nu eigenlijk precies?
Als BLS instructeur leer jij anderen hoe ze moeten handelen bij een hartstilstand of bewusteloosheid. Je traint mensen in reanimatie en het gebruik van een AED, zodat zij in staat zijn om snel en doeltreffend te handelen. Het is een rol met impact, waarin jij kennis overdraagt die letterlijk levens kan redden.
Bij Didasco helpen we jou om die rol met vertrouwen te vervullen. Tijdens de Basis Instructeur Cursus BLS (BIC) bij Didasco, leer je niet alleen de kneepjes van de reanimatie, maar ontdek je ook hoe je die kennis op een leuke en duidelijke manier overbrengt op je eigen cursisten. Dankzij onze kleine groepen, de nieuwste oefenapparatuur en de begeleiding van ervaren rotten in het vak, word je stap voor stap klaargestoomd om zelfverzekerd voor de groep te staan.
Waarom houdt HartslagNu je niet altijd in de gaten? En andere feiten over HartslagNu
We krijgen regelmatig vragen en kritiek over HartslagNu. “De app werkt niet,” “Ik word om de haverklap gealarmeerd,” of “Mijn gemeente doet niet mee.” Hoe zit dat precies, en waarom worden bepaalde keuzes gemaakt? In deze blog leggen we het uit.
Om te beginnen is het belangrijk om duidelijk te maken wat HartslagNu is. HartslagNu is een oproepsysteem voor reanimatie. Mensen die zich hiervoor hebben aangemeld, kunnen opgeroepen worden om te helpen bij een reanimatie. Deze mensen noemen we First Responders. Er zit geen verschil tussen een First Responder van de brandweer of bijvoorbeeld een huisarts die zich heeft aangemeld. Iedereen wordt volgens dezelfde richtlijnen van de Nederlandse Reanimatie Raad (NRR) opgeleid, zodat ze snel en effectief kunnen helpen bij een reanimatie.
De eeuwige discussie op de werkvloer: “Wat kost dat nou weer?”, “Kan dat niet wat sneller?”, “Is dat écht allemaal nodig?” Het zijn vragen die we als BHV-professionals maar al te goed kennen. En eerlijk is eerlijk, het opzetten en onderhouden van een goede BHV-organisatie kost tijd en geld. Maar is het een kostenpost, of juist een cruciale investering?
Laten we niet om de hete brei heen draaien: een effectieve BHV-organisatie vraagt om middelen. Denk aan de tijd die medewerkers investeren in trainingen, de aanschaf van verbandkoffers en AED’s (misschien zelfs meerdere), het opstellen van een ontruimingsplan, en het regelmatig organiseren van oefeningen. Dit alles heeft een prijskaartje, en dat begrijpen we maar al te goed. Het lijkt misschien alsof het niets oplevert… totdat er iets gebeurt.
“Maar mijn vorige instructeur zei dat je geen beademing meer hoeft te doen.” Of: “Het maakt niet zoveel uit waar je de elektroden plakt, toch?”
Dat soort situaties zorgt voor veel frustratie – voor zowel de cursist als de instructeur. Voor de cursisten voelt het alsof ze alles wat ze eerder geleerd hebben ineens moeten vergeten. En eerlijk, wie hoort graag dat ze het “verkeerd” hebben gedaan? Het kan zelfs hun vertrouwen in mij als instructeur ondermijnen: “Waarom zou jij het wel beter weten dan mijn vorige trainer?”
Voor mij als instructeur is dit ook vervelend. Het kost veel tijd én energie om eerst onjuiste kennis af te breken voordat ik de juiste informatie kan opbouwen. Gelukkig beschikken wij over voldoende achtergrondkennis om het allemaal goed uit te kunnen leggen. Maar toch, het zou zoveel beter zijn als we dit probleem bij de basis konden aanpakken.
Heb jij er weleens bij stilgestaan waarom sommige mensen ervoor kiezen om géén reanimatiecursus te volgen? Het is een vraag die bij ons als EHBO-instructeurs vaak naar boven komt. Een situatie uit het verleden illustreert dit duidelijk.
Op een evenement hadden wij een “stand” ingericht met EHBO-producten, een AED en een reanimatiepop om demonstraties te geven. Een mooie kans om ons bedrijf te promoten en bewustzijn te creëren, dachten we. Maar wat viel op? Bijna iedereen liep zonder interesse langs de stand. Nog schrijnender: opmerkingen zoals “Dat boeit me niet” of “Zoiets overkomt mij toch niet” maakten ons duidelijk dat velen een reanimatiecursus niet serieus nemen. Hoe kan dat?
Het is een vraag die vaak voorbij komt tijdens gesprekken over AED’s: waar komt de AED te hangen? Buiten voor iedereen? Alleen voor first responders? Of binnen voor het eigen personeel? Al deze opties hebben hun eigen voor- en nadelen. Als bedrijf proberen we onze klanten zo goed mogelijk te informeren over de mogelijkheden, kosten en implicaties van hun keuze.
Als instructeur sta je regelmatig voor lastige keuzes. Want eerlijk beoordelen is soms moeilijker dan het lijkt. Hoe ga je bijvoorbeeld om met een cursist die wegkijkt bij bloederige beelden? Of met iemand die door een taalbarrière simpelweg de opdrachten niet goed begrijpt? Geef je diegene het voordeel van de twijfel, spreek je hem erop aan, of laat je het gaan? En vooral: wat is écht eerlijk?
Bij een EHBO Basisopleiding van Het Oranje Kruis stonden we onlangs met acht gemotiveerde kandidaten aan de start. Tijdens elke les geven deze deelnemers alles: ze zijn niet alleen goed voorbereid op de theorie, maar brengen ook waardevolle vragen en inzichten mee. We merken als opleiders dat hun inzet in zowel theorie als praktijk leidt tot prachtige resultaten. Naarmate de examendatum nadert, komt er echter een nieuw element bij: examenstress. Bijna alle kandidaten ervaren gezonde spanning, maar bij één deelnemer was de stress duidelijk voelbaar, iets wat ook de rest van de groep beïnvloedde.